





‘Druk’ was jaren het standaardantwoord op de vraag ‘hoe gaat het.’ Tegenwoordig lijkt dat antwoord ingeruild voor ‘Moe.’ De prestatiemaatschappij, zo lijkt het, heeft ons uitgeput. Vermoeidheid heeft dan ook een slechte reputatie – niemand wil moe zijn, ontprikkelen en opladen luidt het devies.
Maar wat bedoelen we precies als we zeggen dat we moe zijn? En is ‘moe’ altijd een slecht teken, een toestand waar we vanaf moeten? Is die algehele collectieve vermoeidheid wellicht het gevolg van taaltekort en heeft het woord ‘moe’ simpelweg versterking nodig?
Ik kan zo een lijstje bedenken met uiteenlopende soorten vermoeidheid, die, in mijn ogen, allemaal een eigen woord verdienen:
Cortisolmoe: je hersensen voelen gefrituurd, ontspannen is moeilijk en de wilskracht om iets anders te doen dan scrollen op je telefoon ontbreekt;
Volmoe: ofwel mijn lievelingsvermoeidheid. Dat gevoel na schoolkamp, een skivakantie of een goed festival: voldaan doch gammel, uitgeput door slaapgebrek en tegelijkertijd vervuld door dat gevoel van intense verbinding en gedeeld plezier;
Marathonmoe: omdat je een week teveel gesport hebt en je lichaam leeg en overtraind is en je daardoor somber en prikkelbaar bent;
Hongermoe: duf en chagrijnig door gebrek aan voedingsstoffen;
Post-koolhydratenmoe na een zware lunch;
Angstig moe: door een nacht met weinig slaap en gepieker, waardoor je de hele dag springerig en gestresst bent en slecht tegen cafeïne kan;
Koortsmoe: na een week met griep op de bank liggen;
Longcovidmoe: een vermoeidheid zo allesomvattend dat zelfs douchen een opgave is;
Alarmbellenmoe: zo’n vermoeidheid die zich verkleed als hyperalertheid en ervoor zorgt dat je steeds slechter gaat slapen;
Tropenjarenmoe: je weet niet meer hoe het voelt om uitgerust wakker te worden omdat een pasgeborene je hele leven op z’n kop gezet heeft;
Emomoe: door een ruzie met je partner, afscheid nemen van een vriend of na het eerste weekend met je nieuwe vlam.
Bore-outmoe: geen motivatie op kunnen brengen voor een saaie betekenisloze baan;
Lamlendig moe: omdat lui een verboden woord is;
Toekomstmoe: omdat je hopeloos bent over de staat van de wereld.
Zulke nieuwe woorden voor vermoeidheid lijken me nuttig. Zodat we beter met elkaar kunnen communiceren over wat we precies bedoelen, als we zeggen dat we ‘moe’ zijn, wat de mogelijke oorzaak is en wat we (eventueel) nodig hebben. En, omdat meer taal onze ervaring oprekt: door niet alles met ‘moe’ te labelen kunnen we meer nuances voelen. Neurowetenschapper Lisa Feldman Barrett beschrijft bijvoorbeeld dat mensen die beschikken over meer woorden voor verschillende emoties, een rijkere emotionele ervaring hebben.
‘Moe’ hoeft, denk ik, niet alleen te verwijzen naar een onprettige staat van zijn (love ‘volmoe’ en ‘post-koolhydratenmoe’), of per definitie het gevolg te zijn van een te drukke levensstijl. Moe kan ook ontspannen zijn, iets wat we af en toe nodig hebben – lekker moe.
Dus: laten we een vermoeidheidslexicon opstellen. Heb je specifieke moeheidservaringen? En wat zou daar een geschikt woord voor zijn? Herken je mijn moe-ervaringen, of juist helemaal niet? En mocht je een betere alternatieven voor mijn moe-woorden: ook van harte welkom in de comments.
Tips
Het is bijna boekenweek! Ik las De redding, een non-fictienovelle (je hebt het in een paar uur uit) van Judith Koelemijer over het omstanderseffect. Een oudere vrouw glijdt met auto en al in het ijskoude water, tientallen mensen kijken toe – en doen niets. Tot een studente de gracht in duikt: het begin van een bijzondere relatie tussen twee vrouwen. Goede instaplectuur na een periode van leesdroogte.
Verpletterend vond ik Martelaar!, het debuut van de Iraanse schrijver Kaveh Akbar. De hoofdpersoon (die sterk doet denken aan Holden Caulfield uit The Catcher in the Rye) worstelt met een alcoholverslaving, zijn familiegeschiedenis, schrijfambities en, uiteraard, de liefde. Het boek is talig, vol fonkelende metaforen, grappig en super dark. Of, zoals collega Substacker
Martelaar! treffend omschreef: het leest als de liefdesbaby van My Year of Rest and Relaxation en On Earth We're Briefly Gorgeous.Eindelijk weer een goede ziekenhuisserie, een soort kruising tussen ER, The Bear en 24: The Pitt. Nu al zin om met een kater van het boekenbal de laatste afleveringen te bingen op HBO Max.
Investico en BOOS onderzochten de negatieve gevolgen van therapieretreats. Psychologen en psychiaters zien steeds vaker mensen op de crisisdienst met psychotische of depressieve klachten nadat zij hebben deelgenomen aan meerdaagse workshops en cursussen. Al langer maken ggz-behandelaren zich zorgen over het alternatieve coaching-en therapiecircuit, en dat is, in sommige gevallen terecht. Maar ook in de reguliere zorg lopen slechte therapeuten rond, en ook die kunnen de klachten van hun cliënten verergeren.
De slechtste baas, is de baas die de baas wil worden, las ik op De Correspondent. Ofwel: de haantjes, de klimmers en de blaaskaken zijn volgens wetenschappelijk onderzoek vaak de minst geschikte leidinggevende. ‘En dat levert ons bazen op die er meer zijn voor zichzelf dan voor hun werknemers, en daardoor hun werknemers – en de hele economie – blijvend slechter laten presteren.’
Dit vond ik een sterke column van Floor Rusman in NRC: ‘Als ik ergens voor wil demonstreren, dan is het voor de vrijheid van vrouwen en mannen om zelf te bepalen hoe boeiend zij hun sekse vinden. Aan die vrijheid zou iedereen zich moeten committeren. Zoals Simone de Beauvoir schreef in De Tweede Sekse: „Het is de taak en de opgave van de mens in de gegeven wereld het rijk van de vrijheid te doen triomferen. En om die allerhoogste overwinning te behalen, is het nodig dat, over al hun natuurlijke verschillen heen, man en vrouw op ondubbelzinnige wijze hun broederschap bevestigen.”
Tot de volgende!
Ik ben meestal multifactorieel moe.
Wat een prachtige poëtische woorden voor vermoeidheid! Woorden voor vermoeidheid zijn zo belangrijk. De helft van de lezersreacties op mijn boek 'Energiek leven - anders kijken naar vermoeidheid bij chronische aandoeningen' gaat over woorden en dat mensen eindelijk kunnen vertellen waar ze precies last van hebben, daardoor meer begrip krijgen van anderen (en zelfcompassie) en grip krijgen op hun energie. Zonder woorden kun je niet nadenken over wat je zo moe maakt, en wat daaraan te doen is.